Vóór zijn tuindersleven werkte hij als sociaal cultureel werker in het onderwijs bij jeugdinrichting Het Poortje. “Ik ben ooit mijn opleiding begonnen met de bedoeling: ‘ik wil iets betekenen voor de mensen waar ik mee werk’. Bij Het Poortje – eerst in Veenhuizen, later in Groningen – moest ik met leerlingen in gesprek die uit de klas waren gestuurd. Daarna konden ze dan de klas weer in of als het niet lukte, met de deur op slot op hun kamer. Omdat de leraren ze niet meer wilden, moest ik steeds leerlingen opsluiten die dat echt beslist niet wilden. En die zaten daar niet strafrechtelijk, maar door problemen in hun leven. Het voelde moreel gewoon niet ok. Ik dacht steeds: wie is hier nu mee geholpen?”
De groep koffiedrinkers zwermt uit over de tuin. In de ene kas worden de jonge plantjes verspeend. De andere kas krijgt van binnen en buiten een grote beurt om alle algengroei, die het zonlicht tegenhoudt, weg te halen. Gosse geeft nog een kleine handreiking en vertelt dan: “Vanaf dat moment besloot ik: ik wil iets goeds doen voor de wereld, dat een ander niet als negatief ervaart. En dat deed ik met groenteteelt: duurzame voedselproductie dichterbij de mensen brengen.”